Onlangs vertelde iemand mij over glamping - een nieuwe trend die kamperen glamoureus moet maken door middel van exotische locaties en zo. Denk: kamperen, maar dan in een yurt in Mongolie of zo iets. Nu ben ik van jongs af aan al een grote fan van niet kamperen, en ik vind kamperen dan ook alleen maar een optie als het uit financiële overwegingen niet anders kan. Als het zo leuk was dan zou niemand in een gewoon huis wonen, toch?
De nadelen van kamperen maken namelijk met de voordelen van kamperen in één keer de kachel aan: Voordeel: goedkoop. Nadeel: op reis gaan met 5 hectare canvas waarin 24 meter aan tentstokken zijn gerold die straks niet in elkaar blijken te passen, terwijl de haringen één voor een uit deze bundel op de weg achter u stuiteren. Voordeel: goedkoop. Nadeel: Du moment dat u buiten de deur wordt gesignaleerd door de weergoden met voornoemde tent gaat het regenen, en krijgt u die plek op de camping die A: niet waterpas is, maar die B: wél waterplas is. Dit ontdekt u al vóór het opzetten van voornoemde tent, maar je doet er niks aan. Voordeel: goedkoop. Nadeel: 's avonds met je stukkie zeep in zo'n dampig hok met spinnenwebben en douches die voor een muntje maar 4 seconden warm water geven. Toiletten waar u nog een onderbroek van iemand anders vindt.
De ouderwetse manier van kamperen betekent dat je dus op die plek (want op alle andere plekken staan al andere mensen met een sleurhut die dus wél waterpas te stellen is) nu aan de gang moet met een bouwpakket dat u vorig jaar voor het laatst in elkaar heeft gezet, en waarvan de gebruiksaanwijzing al jarenlang zoek is.
Uitdaging één bestaat uit het ontcijferen welke halve (of eenderde) tentstok past in welke andere. Dit duur meestal één a zes uur. In de tussentijd heeft u ook de rest van de tent uitgerold die nu op speelse wijze in het prikkeldraad aan de rand van de camping wappert. Die moet u dus eerst even weer ophalen. Vervolgens zorgt u dat alles dat uitsteekt op de grond nauwkeurig wordt weggeveegd in het kader van een glad slaapoppervlak. Dan gaat het grondzeil (of de hele tent als die geen los grondzeil heeft) op de grond, en zet u dit vast met de haringen die allemaal kwijt zijn. Naderhand blijkt er dan een grote denneappel te liggen midden onder uw veels te dunne hoofdkussen.
Nee, dán glamperen. Geen gedoe met tentstokken en haringen. Geen hurktoiletten waar poep aan het wc-rolletje zit. U verblijft gewoon in een yurt. Een YURT. Zucht. Dat is een soort van ronde hut die geisoleerd is met een laag paardehaar (bevat soms kleine hoeveelheden koeiehaar) en hoort te staan in Mongolië, waar de mannen échte mannen zijn en de yaks zenuwachtig. Of, óók mogelijk: in een bedouienen-tent in de Sahara waar u zelf nog niet één tentstok van hoeft te assembleren. 5-sterren zand blijft olijk plakken op elke plek waar u maar transpireert (overal dus) zodat u er een beetje uitziet als een Van Dobben kroket van 1 meter 80 met een zonnebril. U kunt ook nog kiezen voor het Serengeti kamp in Tanzania, waar de open safari tenten en HIV positieve vrouwen u verwelkomen (en 's nachts de muggen ter grootte van een Joint Strike Force die u in één slurp leeg hebben. 't Kost een paar centen, maar dan heb je ook wat. Met "een paar centen" bedoel ik iets in de buurt van minimaal 160 Euro per persoon per nacht, exclusief de vliegticket.
Ik heb ineens ook een geweldig exotisch glampeer-idee: Dan glampeer je ergens in Papua Nieuw Guinea in zo'n lange hut (gratis peniskoker!), en - als toegevoegde waarde - als het héél erg meezit wordt je opgegeten voordat je de rekening krijgt
Geen opmerkingen:
Een reactie posten